Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En zijn knechten voerden hem [74]dood op een wagen van Megiddo, en brachten hem te Jeruzalem, en begroeven hem in zijn graf; en het volk des lands nam [75]Joahaz, den zoon van Josia, en [76]zalfden hem, en maakten hem koning in zijns vaders plaats. 74. Dat is, dodelijk gewond en als voor dood gehouden. Alzo zeggen wij: Hij is een dood man, van dengene die sterft of haast sterven moet. Zo is bijna het woord dood genomen Gen.20:3. 75. Anders ook genoemd [zo enigen oordelen] Johanan, 1 Kron.3:15, en Salium, Jer.22:11. 76. Alzo naar sommiger gevoelen, openlijk verklarende dat zij hem in dezen gemenen nood metterhaast tot koning begeerden, om door hem tegen den koning Necho beschermd te worden, en het land met het rijk te behouden.